“Hallo zeg, ik kom sinds het vorige millennium zó vaak in Baroeg dat ik voor het gemak om de hoek ben gaan wonen. Inmiddels ook al jarenlang tekstenbakker en deejay voor Baroeg; liefdewerk oud papier, lang leve het vrijwilligersbier!
Ik kan gigantisch genieten van psychobilly, rock & soul, garage, punk (D-beat!), hardcore, new wave, glam, metal, sludge, industrial, rock noir, trashblues en radicale americana — pak ‘m beet zoals m’n lukrake songlijssie weergeeft terwijl er eigenlijk nóg meer geliefde stijlen in horen. Deze skinny koekwous eet nooit te veel omdat anders al die ‘fancy pants’ niet meer zouden passen, maar qua muziek ben ik een veelvraat.
Zoals ik ooit eerder verwoordde (en ook in het aankomende Baroegboek is beland): Het mooie van Baroeg is dat elke misfit zoals jij of ik zich er thuis kan voelen. Alle subculturen wemelen van de misfits en het is prachtig dat vele daarvan al tig jaar lang een vast honk hebben in Rotterdam dat nooit verloren zal gaan zolang wij het voor het zeggen hebben.
Een van de gave dingen die Baroeg teweegbrengt is de onderlinge uitwisseling van obscure muziek waardoor je innerlijke sonische algoritmes verrassende stappen maken. Zo heb ik via globetrotter Richard van Dijke ontdekt dat de werkelijke oorsprong van desert rock niet ligt bij Kyuss en consorten, want in de Sahara rocken ze al langer op hun eigen wijze.
Bij de kroegentochten van de Vrienden van Baroeg zal je mij trouwens niet zien. Als ik ergens net lekker zit en dan na drie bier weer naar de volgende tyfustent moet, da’s niet aan mij besteed.
Dus Erik de voorzittert, bij dezen het voorstel om de volgende keer geen elfkroegentocht boven de Maas te klunen, maar met z’n allen weer op Zuid een Vriendenborrel bij prachtcafé ‘t Haantje te houden. Zoals velen van jullie weten kan je daar ook gruwelijk goed eten dankzij de kroegniveau-overstijgende keuken van Willem de scepterzwaaier, die ook nog eens Vriend van Baroeg is. En dan ben ik d’r ook zeker bij beste Vrienden.”